Enkele woorden in blauw

In een droom werk ik in een winkel met kasten van donker hout. De kasten zijn allemaal verschillend; ze hebben brede of heel smalle planken, rechte en schuin afgezaagde. En er zijn zelfs kasten met heel kleine lades waar boeken in zitten; de laatjes gaan moeilijk open. Sommige kasten lopen door tot óp de grond. Wanneer er gevraagd wordt naar een boek op de onderste plank, moet je flink door je knieën om het te pakken. Dit alles verbaast niemand. De ruimte is rommelig en doet ouderwets-klassiek aan; het heeft iets geheimzinnigs. Of sprookjesachtig, zoals in de boeken van Harry Potter, met ruimtes die opeens tevoorschijn komen of weer verdwijnen. De winkel is langgerekt, en loopt heel ver naar achteren door; het is een echte pijpenla en het is er heel druk, er zijn veel mensen binnen.
Ik krijg een briefje met een aantal titels erop in mijn handen gedrukt. Een collega uit een andere winkel, die ik nog van vroeger ken, schreef ze op. Deze titels komen me allemaal totaal onbekend voor, in lichte paniek loop ik door de ruimte en ik kan niks vinden. Hoe hebben ze het hier georganiseerd? Staan de boeken wel op alfabet, of op rubriek? Ik kijk op planken, trek lades open en duw mensen opzij om erbij te kunnen – zonder resultaat, ik kan de klant niet helpen.

Bij het wakker worden is de wereld blauw, en aan de achterkant lichten verschillende ramen op in het donker. Ik verlang naar roze. Ik fiets op een nieuwe tweedehands fiets die rood is in plaats van groen naar een heel ander soort winkel. Hier komen nog geen mensen, het is er heel stil. En zo opgeruimd en aan kant als het nooit was. Alle kasten gestoft en gedaan. Alle hoekjes met troepjes uitgezocht, papieren geordend, de vloer in de keuken gepoetst. En alles en alles. Het meest opwindend deze dag is de balk in het scherm die plots donkerblauw is in plaats van grijs.
Er staat iemand voor de deur, hij mag niet naar binnen. In de deuropening is een hoge ronde tafel geplaatst, met een zwart kleed tot op de grond en een spatscherm waarop met witte plakletters: afhaalloket staat. De man zegt zijn naam, en ik haal zijn bestelling, hij is opgetogen: Afhaalloket, dan denk je aan kroketten, maar je krijgt een boek, wat een feest!

In de avond als je weer naar huis fietst heb je een blauw boek in je tas gestopt. Het is van een Franse schrijfster die columns schreef voor Libération, dat was veertig jaar geleden. Ze wist niet waarover ze moest schrijven, ze schreef vooral over de zee. Het was een regenachtige zomer, ze schreef over regen. Je kiest het onderwerp niet, het onderwerp kiest jou. En als je thuiskomt, staan er roze tulpen in een vaas, en ligt er een kaart op tafel te wachten. Want één van hen kon niet komen op het feestje. Een paar woorden slechts schreef zij, en die bereikten je na een week, als was het een wereldse reis die de envelop vanuit de provincie moest maken. Zij heeft ze geschreven in het huis waar buiten en binnen in elkaar overgaan. De tafel waaraan zij zit zie je voor je. De handgeschreven gelukswens, of liefdesbetuiging, is een zeldzaamheid geworden. De kaart bewaar je als een kostbare kleine schat.

Eén gedachte over “Enkele woorden in blauw”

Plaats een reactie