
Het huis stond al heel lang leeg, en nu is het slopen begonnen. Vreemde mannen lopen in en uit. Isolatie van bordkarton wordt losgetrokken van het baksteen eronder. De vloerbedekking is weggehaald; het behang was al verdwenen. De gaskachels zijn eruit gesloopt en naar de stort gereden, net als de meterkast waarin nog witte bakelieten stoppen zaten.
Stemmen klinken in de holle ruimte, zoals een leeg huis hol klinkt en galmt. De verhalen van de vorige bewoners worden langzaam uitgewist, ze zijn in de muren opgeslagen maar niemand die ze nog hoort.
En wie vertelt nog het verhaal van mevrouw Keller? Hoe het eindigde dat weten we, maar hoe is het begonnen? Dat vraag je je af als je op donderdagochtend, altijd op donderdagochtend, twee trappen bent opgegaan. De schrijftafel staat voor het raam onder het schuine dak. Twee vesten aan en handschoenen, daarboven is het koud. Je zit er om te dwalen, al is het maar één ochtend in de week, in de ruimte waar niemand anders komt.
Je denkt aan mevrouw Keller, hoe ze langzaam is verdwenen.
Het was laat in de avond, de ambulance reed voor. De gele bus stond schuin op de stoep geparkeerd, het blauwe licht flitste, het geluid van de sirene was uitgezet. Ze was gevallen en werd nu weggereden, daarna kwam ze nooit meer thuis.
De laatste jaren hoorde of zag ze niets meer, haar leven was al gefragmenteerd geraakt. Drie jongens had ze grootgebracht in een huis zonder stromend water boven, en zonder cv. Eén van hen, de oudste, verliet het huis niet, hij was bij zijn ouders blijven wonen tot hij zelf als eerste ging. Het ene moment stond hij de zilverkleurige Audi avant waarmee hij naar de hoogovens reed nog elke week te wassen, het volgende moment lag hij uitgemergeld in het crematorium opgebaard. Zijn moeder geknakt achterlatend met een foto van haar kind naast de bruine leren bank in de achterkamer.
De andere jongens zijn er nog. Je kent ze niet maar je deelt de straat. Jouw kinderen werden hier geboren, net als zij. En toen hun moeder werd weggereden naar het verzorgingshuis, bracht de schoondochter de inhoud van de vriezer bij jou langs. Ze krijgt nu eten daar; dit is goed spul hoor, van de slager verderop, zo zonde om het weg te doen. Je nam de zorgvuldig ingepakte eenpersoonsporties vleeswaar van haar aan. Je koopt zoiets zelf nooit, maar inderdaad, heel zonde, en de dieren zijn toch al dood.
Soms vroeg je je af hoe het met haar ging, of ze nog leefde. Je kreeg het adres van het verzorgingshuis; de schoondochter had het op een briefje geschreven, maar het kwam er niet van, je was maar een buurvrouw van de overkant.
Het huis stond heel lang leeg, kijkers kwamen er nauwelijks, het bord tegen het raam liet los en klapperde in de wind. Je belde de makelaar; ze plakten een sticker aan de binnenkant, in plaats van een bord van karton voor buiten.
En toen lag er een overlijdensadvertentie op de mat. Iemand had de tekst uit de krant geknipt, en het stukje papier zo zonder envelop door de brievenbus gedaan. Je las de tekst en staarde even voor je uit – hoopte dat ze vredig was gegaan. Een vrouw die de was deed voor drie kinderen zonder wasmachine. Als je wel eens bij haar op de bank zat met een kopje thee, in het interieur dat ook in alle jaren niet veranderd was – dan vertelde ze daarover, de oude handen rustend in haar schoot. Hoe druk het was geweest toen de jongens nog klein waren. Dat ze echt geen tijd had om overdag een boek te lezen om maar wat te noemen. Als ze al eventjes ging zitten, na al het zorgen en sloven, dan viel ze direct in slaap. Ze klaagde niet, het was gewoon zo, het was een andere tijd, háár tijd, en die was nu voorbij.
Op de advertentie staat een geboorte- en een sterfdatum; een leven dat een eeuw bestreek. Hoe het precies begon dat weet je niet, maar je weet nu wel haar naam, de volledige naam. Mevrouw Keller is verdwenen, maar Maria Helena leeft in jouw gedachten voort.
Hoe jij dan zo’n draad oppakt en levend maakt, een leven met beelden, een leven vergleden. Een aubade voor een lief mens , die kleertjes breide en…..jouw zag.
Ontroerend een leven.
En zo mooi opgepakt met een zijdezacht gebaar neergevleid op papier.
Ja dat is erg mooi geschreven lieverd.
Verstuurd vanaf mijn iPhone
LikeLike
Een heel erg mooie tekening, je voelt de straat waar het allemaal is gebeurd, en hoe het leven verder
gaat. En wie denkt er nog aan mevrouw Keller daar?
LikeLike