Turandot

De hele week regende het. Het laatste blad waaide van de bomen, en verwerd tot bruine pulp in de goten. En hij vertrok elke avond op de snelle fiets; de rode regenjas wapperde als een vlag achter hem aan. Hij fietste de straat uit en keek nog drie keer om. De tunnel waarin hij zich bevond werd steeds nauwer; thuis kwam hij alleen nog om te slapen.

En zij wachtte telkens in de deuropening tot hij om de hoek was verdwenen. Dan schonk zij zich een glas rode wijn in, en bakte pannenkoeken in de zware gietijzeren pan, voor haar en de meisjes. Ze rookte stiekem een sigaar bij de achterdeur, en staarde afwezig naar een enkel geel blad aan de druif die verdort. Ze dacht eraan hoe hij van de zomer, toen ze zo ver weg waren, in het eenzame huis op de berg – hoe hij toen was begonnen de teksten te leren. Hij schreef ze op kleine briefjes die hij bij zich droeg tijdens het hardlopen. Elke dag vier nieuwe zinnen. En toch was zijn grootste angst dat hij straks niets meer zou weten, dat het dan blanco zou zijn in zijn hoofd.

En dan mag het gezin eindelijk komen kijken naar wat al die tijd in het verborgene werd voorbereid. Ze zitten op het balkon, op de derde rij, dat zijn de beste plaatsen; het toneel en de boventiteling in dezelfde blikrichting. De moeder zit naast haar vader, daarnaast de meisjes en de andere oma, en hun tante, en een vriendin, en een moeder van een leerling. Ze zijn allemaal gekomen. De meisjes konden niet wachten, ze hebben dvd’s van andere uitvoeringen bekeken, ze kennen het complexe verhaal uit hun hoofd. Het duurt wel tweeënhalf uur en ze kijken ademloos, hun aandacht verslapt geen moment.

En zij ziet de droom die uitkomt, ze denkt aan al die uren studie, de vastberadenheid en toewijding. Zodra hij opkomt stromen de tranen over haar wangen. Hij ís de blinde koning die steunt op zijn stok, en nietsziend in de verte staart. Nu neemt hij zijn plek in met de stem die zij zo graag hoort. Krachtig en helder – en ontzettend mooi.

Daags nadien zwaait zij iedereen uit. Het jongste kind gaat lopen, want het regent alweer; zij neemt de grote paraplu, waaronder zij helemaal schuilgaat, als in een tentje. De oudste dochter zet haar grote roze eastpack in de blauwe krat achterop haar fiets. Het is veel wat ze te doen heeft op een dag, elke dag – maar zij klaagt niet. En de Zanger gordt zijn blauwe rugzak om, stapt op zijn snelle fiets en rijdt de andere kant op. Bij het ontbijt zat er nog witte schmink in zijn baard; vandaag wachten er weer vijf schoolklassen op hem.

De moeder zwaait iedereen uit voor zij naar binnen gaat. In het stille lege huis dat vol staat met bloemen, spint zij – onzichtbaar voor anderen – haar fijnmazige web van handelingen en gedachten. En wat zij met elkaar beleefden in de schouwburg, de avond tevoren – die ervaring is nog heel nabij; de melodieën klinken nog na in haar hoofd.

5 gedachten over “Turandot”

  1. L♡VE
    De liefde spat ervan af Ilja! Wat heb je het mooi in woorden weten te vangen om ze vervolgens weer los te laten en toe te vertrouwen aan het papier.
    Enne… ook heel herkenbaar voor mij: zo ben je in ‘een staat van oorlog’ en zo is er ‘het grote geluk’. Wat een herkenbare overgang(en)! 😉

    Groet, Marianne

    Like

  2. Hoi Ilja,

    komt deze mail eigenlijk aan? Of kan ik alleen publiek reageren? Hoe dan ook, het is weer zo mooi! Zo herkenbaar ook en leuk dat je sigaren rookt, niet stiekem doen! Houd dit vol, de boekvorm komt vanzelf als je dat ooit wil.

    Liefs, Suzan

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: